Een eigentijds gedicht
Ik had een droom, echt waar,
ik liep aan ‘t strand, de zee zo klaar.
Niet alleen, oh nee, oh nee,
de Heer liep daar met mij, jawel jee!We stapten vrolijk zij aan zij,
lieten voetjes achter, jij en ik.
In ‘t zand, een spoor, heel goed geteld,
de Heer hield mijn hand vast, dat is wat telt.Ik stopte even, keek heel snel,
zag mijn leven, een verhaal, oh wel!
Blij en soms verdrietig ook,
maar met de Heer, nooit echt in de knoop.Toen ik goed keek, zag ik daar,
op het moeilijkst stuk, heel raar,
Maar één paar voetjes, oh zo fijn,
“God,” vroeg ik, “waarom dat, het doet pijn.”Hij glimlachte zacht, zo’n lieve blik,
en zei met liefde, oh zo snel en dik:
“Mijn kind, juist daar droeg ik jou, oh ja,
toen je het zwaar had, was ik er voorwaar.”
Het Avontuurlijke Strandspoor
In een magisch land, ver weg van hier, woonde een nieuwsgierig kind genaamd Emma. Emma hield ervan om avonturen te beleven en nieuwe plekken te ontdekken. Op een dag, terwijl de zon hoog aan de hemel scheen, besloot Emma om naar het betoverende strand te gaan waar ze vaak haar zomers doorbracht.
Met haar emmer en schepje in de hand en een glimlach op haar gezicht, rende Emma naar het strand. Ze trok haar schoenen uit en voelde het zachte zand onder haar voeten. “Dit wordt een geweldige dag!” riep ze uit.
Terwijl Emma langs de waterlijn liep, zag ze iets bijzonders: voetstappen in het zand, alsof iemand haar was voorgegaan. Ze begon te volgen en merkte dat de voetstappen haar door verschillende delen van het strand leidden. Soms waren de stappen dieper en moeilijker te volgen, maar Emma bleef vastberaden doorgaan.
Onderweg ontdekte Emma kleine schatten zoals schelpen en kleurrijke stenen. Bij elke stap voelde ze zich dichter bij de onzichtbare reisgenoot die haar voorging. Het herinnerde haar aan een verhaal dat haar oma haar ooit had verteld over Jezus die de mensen hielp en met hen meeliep.
Terwijl de zon begon te zakken en de lucht goudoranje kleurde, bereikte Emma het einde van het spoor. Daar, met een glimlach van vreugde, ontdekte ze een hartvormige schelp, een teken van liefde en begeleiding.
Emma begreep dat deze voetstappen haar verhaal symboliseerden, net als in het verhaal dat haar oma had gedeeld over Jezus die altijd met mensen meeliep. Ze besefte dat, net zoals Jezus mensen droeg in moeilijke tijden, zij ook de kracht had om obstakels te overwinnen, want ze was nooit echt alleen.
Terug thuis glimlachte Emma terwijl ze de hartvormige schelp bewaarde. Telkens als ze zich moe of verdrietig voelde, herinnerde de schelp haar eraan dat ze nooit alleen was op haar reis door het leven. En zo vervolgde Emma haar avonturen, wetende dat ze altijd werd vergezeld door onzichtbare voetstappen in het zand en de liefdevolle aanwezigheid van iemand die haar altijd bijstond.
Bijbeltekst referentie: “Want Ik, de HEERE, uw God, grijp uw rechterhand vast en zeg tegen u: Wees niet bevreesd, Ik help u.” – Jesaja 41:13